marioninafrika.reismee.nl

Stroeve Start

Maandag 17 augustus.

Vandaag de eerste dag op het project. Rita haalt me om 9 uur op, om samen naar het project te gaan, een kort ritje van 5 minuten op de boda. Aangekomen op het project is het een omheinde omgeving (we gaan door een metalen poort), met verschillende gebouwen op het terrein. Er is een kleine receptie, met een aantal stoelen waar we moeten wachten. Er is een kookgedeelte (overdekt, maar niet in een gebouw) waar verschillende pannen op houtsteenkolen vuurtjes staan, er is Ă©Ă©n hoofdgebouw waar de stafkamers zijn, een kleine eetkamer, een groter zaaltje (waar de klassen plaatsvinden), een klein kamertje met een stapelbed en laag bed (de nursery) en een slaapzaal waar de meiden slapen. 14 stapelbedden in rijen naast elkaar, met net genoeg ruimte om er tussendoor te lopen, echt volgepropt.

We moeten wachten in de receptie tot de directrice ons te woord kan staan. We wachten eerst een uur voordat we naar binnen mogen. Vervolgens wil de directrice, Vivian, dat ik een formulier invul waardoor ze me beter kan leren kennen. Ik mag in de stafkamer gaan zitten om het in te vullen. Naast vragen over leeftijd en studie, wordt er ook gevraagd of ik Jezus heb geaccepteerd als redder, en zoja, of ik even een testimony wil schrijven. Terwijl Rita over over mijn schouder meekijkt, word ik verwacht om zoiets persoonlijks even neer te pennen. Na het invullen van het formulier, wachten we tot we weer bij de directrice naar binnen mogen. Dit duurt nog eens zo’n 1,5 uur. Ik vraag aan Rita of ze wel wisten dat ik vandaag langs zou komen. Je zou toch verwachten dat daar rekening mee is gehouden. Maar dit is Afrika, dus blijkbaar niet. Alles rustig aan.

De directrice blijkt toch wel blij te zijn dat ik er ben en na 2,5 uur mogen we naar binnen. Ze ziet voor mij wel een kans om aan de life skills van de meiden te werken op het project. Die schijnen ze weinig te hebben, waarbij het voornamelijk gaat om communicatie vaardigheden, weerbaarheid, assertiviteit etc. Iets wat helemaal in mijn straatje, past super tof dus. Ze vertelt ook dat er morgen een amerikaanse rechter/vrouwenactiviste op bezoek komt en of ik voor dan al een 45 min durende les wil voor bereiden.

De rest van de dag duik ik in een life skills manuel om een les voor te bereiden. In overleg met Vivian kies ervoor om iets met feedback regels te doen en rollenspellen. Maar dit heb ik binnen een uurtje wel uitgezocht en de rest van de dag vraag ik me af wat ik moet doen. Ik voel me beetje verloren en weet nog niet echt mijn plaats. Ik heb een korte rondleiding gekregen over het project maar wordt dan soort van losgelaten. Ik vind het best spannend om bij de groep meiden, gewoon bij te gaan zitten in een les en heb moeite met mij houding te geven en gesprekken met hun aan te knopen. Het blijkt ook dat er eigenlijk voornamelijk Luganda gesproken wordt onderling. Als je iets vraagt kunnen sommige wel engels terug praten. Het is nog even aftasten dus.

Een aantal dingen die opvallen bij het project is dat alle stafleden Anti worden genoemd, dus ik ben Anti Marian. Het is een soort mevrouw-aanspraak, maar getuigt tegelijkertijd ook van respect. Ook gaan de meiden op hun knieeen als ze een van de anti’s aanspreken. In het begin vind ik dit bizar om te zien. Soms hoog-zwangere meiden die op hun knieeen gaan om iets te vragen. Ook dit schijnt een teken van respect te zijn naar de staf. Ik moet ook veel hoesten en constant zeggen mensen om mij heen: “oh i am sorry”. Nouja niets om je voor te excuseren, het is maar een hoestje haha. Maar ze schijnen mijn gekuch hier best erg te vinden. Ik word meerdere keren geadviseerd om medicijnen of injecties te nemen. Ik denk dat ze hier niet zo gewend zijn aan verkouden zijn. Iets wat ik merk dat ook typisch is voor wat afrikaanse mensen doen is dat ze soms als ik iets zeg, voorstel, bijvoorbeeld bij Vivian als ik de feedback les voorstel. Ze knikt dan met haar hoofd en doet hmmmmmm. Zo van ik hoor je, ik geef erkenning van wat je zegt, terwijl je tegelijkertijd geen enkele feedback/antwoord/oordeel geeft. Heb ik dus vrij weinig aan haha.

Om vier uur vertrek ik weer van het project. Door de boda laat ik me afzetten aan het begin van ons steegje die naar de compound leidt. Het is best raar om door dit straatje naar ons huis te lopen, omdat aan de zijkant hiervan kleine minikraampjes zijn (voor groente te kopen) en daarachter mini-golfplaten huizen waar hele gezinnen in wonen. Huisjes die waarschijnlijk niet groter zijn dan in het appartement, onze slaapkamer. Waar ze vervolgens dan met weetikveel hoeveel mensen wonen. Je weet dat het verschil tussen arm en rijk heel groot is, maar het is toch bizar om te zien dat het zo dicht bij elkaar zit. De mensen die in deze huisjes wonen zitten ook de hele dag buiten en we zijn dan ook hun grote vrienden. We kopen de groente die ze verkopen altijd bij hen, en alleen de groente die ze niet verkopen ergens anders. Iedereen is hier ook erg beleefd (en netjes gekleed steeds) en moet je iedereen hier uitgebreid begroeten als je langs ze loopt: “hello, how are you? I am fine, how are you? Fine, thank you” en dan loop je weer verder. Dat je doe je met deze mensen, de poortwachter van ons compound, de mensen op het project, de buren, iedereen.

Dinsdag 18 augustus.

Als ik op het project aankom, dan staat iedereen in de centrale zaal in een kring. De amerikaanse rechter, Tiffany, gaat voor in gebed. Iedereen gaat staan en houdt handen vast, ogen dicht. Ze begint met bidden, maar het is meer schreeuwen. Ze praat zo hard, wel vol met passie. Ze gaat iedereen langs om het hand op het hoofd te leggen. Aan de ene kant vind ik het bizar hoe hard ze bid, het is zo heftig. Aan de andere kant is het ook vet omdat er zoveel kracht en passie vanuit straalt.

Na het gebed, beginnen de meiden met hun programma en wordt mij gevraagd om de “ochtend gymnastiek” met hen te doen. Ik heb geen idee, maar doe maar wat overgooi spelletjes met de bal met ze.

De rest van de dag is gewoon niet helemaal mijn dag. Doordat Tiffany er is wordt er veel van het programma omgegooid en loopt ik maar een beetje doelloos rond omdat ik ook geen idee heb wat ik moet doen. NEn zo’n nieuwe groep tegenover je, is ook best eng. Wat moet ik tegen ze zeggen? Af en toe probeer ik een gesprekje aan te gaan, maar ik heb ook geen idee wat ik moet zeggen/vragen. Ik kan niet meteen ze allerlei persoonlijks vragen, maar wat zeg ik dan wel? En ze praten altijd in het Luganda, dus alleen als ik iets vraag spreken ze terug in Engels, anders versta ik geen woord van wat ze zeggen. En serieus al die meiden lijken op elkaar. In Nederland zou ik letten op kleding en haar, maar hier is het haar allemaal hetzelfde en hebben ze iedere dag elkaars (en dus andere) kleren aan. Hoe ga ik deze meiden ooit uit elkaar houden?

Na het ochtendgebed is er normaliter een agriculture les. De docent wil wachten totdat Tiffany er is om te beginnen met de les, omdat Vivian dit wilde. Dit zorgt er dus voor dat we een uur lang voor ons uit zitten te staren en niets zitten te doen, omdat Vivian en Tiffany nog aantal dingen aan het doorspreken zijn in hun kantoor. Wanneer ik mij later bij de kookclub schaar, komt Tiffany daar langs om te kijken. Het is voor mij echt heel raar om te zien hoe Tiffany hier ontvangen wordt. Alsof ze een koningin is. Alles wordt stilgelegd, het programma wordt aangepast en er wordt gewacht, speciaal zodat zij overal bij kan zijn en mee kan proeven. In nederland zou je denken “joh, ze is ook maar een mens” maar in Afrika is alles erg hierarchisch en is respect erg belangrijk. Dat zij zo speciaal gevonden wordt, vind ik wel raar.

Het valt me ook op hoe heftig mensen hier in hun geloof staan. Op het project wordt er iedere ochtend geopend met de bijbel en is er meerdere malen per week bijbelstudie. Ook hoor je constant de stafleden zeggen: only with Gods grace’. God gives you the strength, only by Gods mercy etc. Ik vind het mooi dat het geloof hier zo sterk is en God zo aanwezig is, dat de mensen zo dicht bij hHem willen leven. Maar deze heftige manier, geeft me op ook een beetje de kriebels. Een beetje relativering zou best mogen. Zo is er tijdens de lunch ook een discussie: als je zou moeten kiezen, zou je dan je man of je kind wegdoen? Serieus wat een vraag. Ik kies dan toch maar voor mijn man (sorry Bas), want je kind is toch je eigen bloed. De meerderheid van de staf is het duidelijk niet met me eens, die zouden hun kind wegdoen. Want eenmaal in de bijbel staat dat je een wordt met de man. Daar kun je dus niet van scheiden. “een nieuw kind kun je altijd maken”. Echt bizarre uitspraken. Ik ben het er niet helemaaal mee eens.

Tegen lunchtijd, ben ik helemaal klaar met deze dag. Ik loop maar wat rond en denk echt: “Wat doe ik hier? Wat heb ik hier te doen? Waarvoor ben ik hier naar Afrika gekomen. Ik doe hier niets.” Je wordt compleet in het diepe gegooid, niemand vertelt je hoe dingen werken, wat wanneer gebeurd, wat voor taken je kan oppakken, niemand die je meeneemt etc. Etc. Ik ben blij als het vier uur is en ik vind dat ik naar huis gaan. Schijt chagrijnig.

Wanneer ik thuis kom, kan ik gelukkig beetje ventileren bij mijn huisgenoten. Ze vertellen mij dat ze allemaal zo’n gevoel hadden van “wat doe ik hier?” bij hun project de eerste dagen. Maar dat je je eigen plekje moet zoeken en dingen moet gaan opppakken die je ziet. Op dit moment zie ik dat nog niet zo. Na ook nog half-geelelktrocuteerd te worden door mijn wereldstekker, besluit ik maar om deze dag zo snel mogelijk af te sluiten en kruip ik vroeg mijn bed in.

Woensdag 19 augustus.

Na gisteren wil ik me eigenlijk diep begraven in mijn bed. Ik voel me ook helemaal niet lekker, heb hoofdpijn, moet veel hoesten. Ik besluit dus maar om ziek thuis te blijven.

Donderdag 20 augustus.

Vandaag ga ik weer naar het project.. Grotendeels van de dag besteed ik door met de lessen van de meiden mee te lopen. Ik probeer met een aantal meiden een gesprekje te voeren. Sommige komen uit zichzelf naar mij toe en zijn wat meer out-going. Met sommige heb ik een heel gesprek, en ik doe erg mijn best om hun naam te onthouden, én het gezicht dat erbij hoort. Ik probeer vandaag wat meer beeld te krijgen van het project en ik merk ook dat er tijdens de lessen ook veel tijd is om contact te maken met de meiden. Ik ga mezelf meer zien als iemand die hun vertrouwenspersoon zal moeten worden. Iemand die erbij zal zijn tijdens hun activiteiten en waarbij ze terecht kunnen als er dingen zijn. Ook kost het natuurlijk tijd om zo’n groep meiden te leren kennen en moeten ze ook wennen aan mijn (blanke) gezicht. Dat geeft de burger dan weer een beetje moed. Ik moet maar gewoon even investeren en geduld hebben.

Vrijdag 21 augustus.

Op vrijdag hebben de meiden vooral naailes, eigenlijk de hele dag. Ik zit in de ochtend hierbij. Sommige zitten achter hun naaimachine, andere zijn aan het breien op de grond, of sommige zijn plastic tassen aan het bewerken. Ze zitten in groepen bij elkaar, dus voeg ik me soms bij zo’n groep of soms bij een meid die alleen achter een naaimachine zit. Sommige zitten me dan al wat langer aan te kijken, dus dat zie ik dan maar als een teken om even een praatje te maken. Sommige zijn erg gesloten en andere zijn erg open. Zo ontmoet ik Mila, een leuke open, vrolijke meid is. Ze vraagt me het hemd van het lijf; of ik een man/vriend heb, hoeveel kinderen ik heb/wil, waar ik vandaan kom, of ik kan naaien (nee), of ik kan breien (nee), wat ik dan wel kan haha. De ontmoetingen met de meiden komen zo dus steeds meer op gang. Soms ga ik tussendoor even bij de manager op het kantoor zitten en blader ik wat door het life skill manual om wat inspiratie op te doen voor de life skill lessen. Na de lunchpauze besluit ik om naar huis te gaan. naar huis. Ik voel me nog steeds niet helemaal goed, ben ook nog aardig aan het hoesten. En na de lunch zou er toch niet zoveel meer te doen zijn op vrijdag.

’s Avonds zouden we gaan stappen, maar ik ga niet mee. Er wordt wel gezellig geborreld op ons terrasje, waar ook de buurvrouw en haar broer, oliver, aan meedoen. Ze vertellen leuke verhalen en ze spreken vloeiend engels. Zo legt oliver ons uit dat als we ooit een ongeluk zou hebben wat niet onze fout is, we sowieso hem moeten maken dat we wegkomen, als we kunnen. Want de politie kijkt niet naar wie schuldig is, maar wie het meeste geld heeft. Als blanke ben je dus altijd de pineut. Politie schijnt echt op en top corrupt te zijn. Nou lekker dan haha. Het borrelen is erg gezellig, maar ik ben ook blij als ik lekker mijn bedje op kan zoeken. Ben moe na een enerverende eerste week op het project. Blij dat ik niet mee ga stappen.

Zaterdag 22 augustus.

Omdat het Frauke haar laatste dag is, gaan we zwemmen bij het Sheraton. Heerlijk om even te genieten van de zon en te chillen in het zwembad. Om twee uur moeten we weer vertrekken omdat het zwembad sluit vanwege een promotiefeestje. De rest van de dag doe ik rustig aan. Ik besluit om morgen mee te gaan met Petra en Anja met een bodaboda tour. Kampala is een groot netwerk van wegen, waarbij je overal het idee heb dat je in een dorp zit. Bovendien heb ik totaal geen idee waar het centrum is, of er sowieso een centrum is en wat de hoofdpunten in Kampala zijn. Morgen dus een tour op de boda om een beetje overzicht van de stad te krijgen.

Zondag 23 augustus

Anja en Petra zijn vanochtend naar de gospelkerk gegaan, ik heb gekozen om uit te slapen. Wanneer ik wakker wordt, hoor ik buiten gezang en gedans, als van een kerkdienst. Het klinkt dichtbij, dus ik besluit op onderzoek uit te gaan. Afgaand op het geluid, ga ik de buurt verkennen en kom ik via een zandweggetje uit bij een aantal huizen die bij elkaar staan. Rondom het huis lopen kippen en honden los. Een vrouw is in de tuin aan het werken, kleren wassen in de bak, er lopen wat kinderen rond. Vlakbij staat een witte tent opgezet. Er komt me een man tegoed en die heet me van harte welkom. Hij leidt me de tent in, waar plastic stoelen staan en ongeveer 15 volwassenen, een aantal tieners en kinderen zitten. Een aantal mensen staat voor in de tent en geven getuigenissen. Ze vragen mij hierna om naar te komen en me voor te stellen (hellup). Hierna zijn er kinder- en tienergroepen die een dans opvoeren voor het gezelschap, of een lied zingen en tegelijkertijd dansen. Er straalt zo’n feest vanaf. Ze vieren hier echt het geloof. Na het dansen en zingen, komt er een vrouwelijke predikant naar voren die een preek geeft (om de zoveel zinnen zegt ze Praise God, en iedereen antwoord Amen. Soms zelf midden in een zin, prachtig en ook beetje overdreven). Na de dienst is het tijd voor de boda-tour, die superleuk is. Ik ga deze boda’s echt missen als ik straks weer terug in nederland ben. Het is zo heerlijk om achterop zo’n ding te zitten. Lekker de wind in je gezicht, beetje om je heen kijken. De tour duurt vier uur en we bezoeken de highlights van Kampala. Kampala is gebouwd op 7 heuvels en we gaan alle heuvels af. We bezoeken een katholieke cathedraal, een moskee, de gronden rondom het oude paleis, inclusief ondergronds bunker/gevangenis, craft market, cultureel centrum, het meer van de koning, een van de grootste markten van Kampala. En meteen de meeste chaotische en ranzigste waar ik ooit ben egweest. Als we onze gids niet hadde, was ik zeker verdwaald. Wat een doolhof. De gangetjes zijn zo smal dat je er met 1 persoon net doorheen kan. De gids loopt heel snel en op aanraden klamp ik mijn tas ook hard vast. Overal zijn kraampjes en overal licht rotzooi. Iedereen roept naar ons: mzungu, mzungu, sister, beauty, hello hello, sister, sister. Wanneer we in het eetgedeelte komen zijn er overal vliegen: op de vissen, op de tomaten. Vissen waarvan de huid er echt niet meer uitziet en helemaal onder de vliegen. Getverdemme. Op de grond liggen overal flessendoppen, soms hopen van eten, rijst. Mensen slapen op de grond. Het is echt een grote chaos. Zoiets heb ik nog nooit gezien. Alles opgehoopt op elkaar. Als we de markt uitkomen, gaan we naar het taxipark. Een parkeerplaats waar honderden minibusjes (taxi’s) op elkaar staan. Haast onmogelijk om daar je bestemming in te vinden. Ik snap sowieso niet hoe ze dat park in of uit komen. Na dit chaotische wijkcentrum (kampala heeft niet echt een stadcentrum, maar verschillende centra’s in verschillende wijken) rijden we door naar een duurdere wijk, met grote malls, duren huizen, hotels, clubs, goede restaurants, wegen met stoepranden (stel je voor). We ronden de tour af met een bezoek aan de moskee, waar we in vol islamitisch ornaat worden aangekleed. We mogen de trappen naar de minaretten opklimmen. Superhoog (eng), maar een gaaf uitzicht. We krijgen nog een korte rondleiding door de moskee, die nagenoeg leeg is. Als we de moskee uitkomen en de kleren inleveren, ben ik blij dat ik mijn haren weer mag laten wapperen. We keren met de boda’s terug naar ICU, waar we avondeten krijgen. De tour was heel vet en ik had een hele aardige boda chauffeur die ook onderweg allerlei dingen aanwees en vaak dingen aan wat de gids vertelde toevoegde. Kort na het eten ga ik weer naa huis, douchen en vroeg slapen.

Ik heb wel weer zin in volgende week om te gaan werken. Heb weer goede moed gekregen na vorige week. Morgen is de directrice er weer, dus hoop ik ook bij haar wat taken te krijgen

Reacties

Reacties

Oma

Lieve Marion, Wat een fijn lang verhaal over je belevenissen daar in het verre Oeganda. Becankt meisje, we leven met je mee. Oma

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!